Home

Besluit kennisgeving gerechtelijke mededelingen

Geldig vanaf 1 januari 2020
Geldig vanaf 1 januari 2020

Besluit kennisgeving gerechtelijke mededelingen

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-01-2020]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 16 september 2005, nr. 5374604/05/6;

Gelet op de artikelen 532, 588, eerste lid, onderdeel a, en vierde lid, en 588a, vijfde lid, van het Wetboek van Strafvordering;

De Raad van State gehoord (advies van 5 oktober 2005, nr. W03.05.0410/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 10 oktober 2005, nr. 5379369/05/6;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder de wet: het Wetboek van Strafvordering.

Artikel 2

1.

De in artikel 36e, eerste lid, onderdeel a, van de wet bedoelde uitreiking in persoon geschiedt mede ingeval aan een verdachte een dagvaarding of oproeping om op de terechtzitting of nadere terechtzitting te verschijnen wordt betekend en aan deze persoon blijkens raadpleging van de strafrechtsketendatabank anders dan in verband met de strafzaak waarop de mededeling betrekking heeft, in Nederland rechtens zijn vrijheid is ontnomen dan wel aan deze persoon ingevolge een machtiging als bedoeld in artikel 28 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften in Nederland rechtens zijn vrijheid is ontnomen. Dit vereiste geldt niet indien de strafzaak wordt vervolgd voor de kantonrechter.

2.

Uitreiking in persoon geschiedt voorts ingeval aan een persoon ingevolge artikel 511b van de wet een vordering van het openbaar ministerie als bedoeld in artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht wordt betekend en aan deze persoon blijkens raadpleging van de strafrechtsketendatabank in Nederland rechtens zijn vrijheid is ontnomen.

Artikel 3

1.

Voor de uitreiking aan het openbaar ministerie, bedoeld in de artikelen 36e, tweede lid, onderdeel b, en 36l, van de wet, kan in bij ministeriële regeling aan te wijzen gevallen worden volstaan met toezending van de mededeling of een afschrift van de mededeling aan het desbetreffende arrondissementsparket.

2.

Degene die met de uitreiking is belast tekent op de akte van uitreiking, bedoeld in artikel 36h van de wet, aan dat is gehandeld overeenkomstig het eerste lid, alsmede het arrondissementsparket waaraan en de dag waarop de mededeling of het afschrift is verzonden.

Artikel 4 [Vervallen per 01-01-2020]

Artikel 5

Artikel 5a

Artikel 6

Artikel 7