Home

Centrale Raad van Beroep, 30-05-2023, ECLI:NL:CRVB:2023:1077, 22/894 PW

Centrale Raad van Beroep, 30-05-2023, ECLI:NL:CRVB:2023:1077, 22/894 PW

Gegevens

Instantie
Centrale Raad van Beroep
Datum uitspraak
30 mei 2023
Datum publicatie
26 juni 2023
ECLI
ECLI:NL:CRVB:2023:1077
Zaaknummer
22/894 PW

Inhoudsindicatie

Beroep niet-ontvankelijk. Termijnoverschrijding. Geen adreswijziging door gegeven. Dat het college de ontvangstbevestiging van het bezwaarschrift retour heeft gekregen nadat deze aan het postbusadres van de toenmalige gemachtigde is gestuurd maakt niet dat het bestreden besluit niet op voorgeschreven wijze bekend is gemaakt door het te verzenden naar dit postbusadres. Het retour komen van deze aangetekende brief betekent niet zonder meer dat dit postbusadres niet langer in gebruik is. Aangetekende brieven kunnen ook om andere redenen dan onjuiste adressering retour komen. Daarnaast heeft de toenmalige gemachtigde ook na de ontvangst van de ontvangstbevestiging op zijn kantooradres geen correspondentieadreswijziging doorgegeven.

Uitspraak

22/894 PW

Centrale Raad van Beroep

Enkelvoudige kamer

Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant van 11 februari 2022, 21/1893 (aangevallen uitspraak)

Partijen:

[appellante] te [woonplaats] (appellante)

het college van burgemeester en wethouders van 's-Hertogenbosch (college)

Datum uitspraak: 30 mei 2023

PROCESVERLOOP

Met een besluit van 14 november 2019 heeft het college een aanvraag van bijstand van appellante afgewezen. Appellante heeft daartegen bezwaar gemaakt maar het college is met een besluit van 4 december 2020 (bestreden besluit) bij de afwijzing van de aanvraag gebleven.

Appellante heeft tegen dat besluit beroep ingesteld. De rechtbank heeft in de aangevallen uitspraak het beroep niet-ontvankelijk verklaard.

Namens appellante heeft mr. K.T. Ghaffari, advocaat, hoger beroep ingesteld.

De Raad heeft partijen laten weten dat hij een zitting niet nodig vindt en gevraagd of zij het daarmee eens zijn. Omdat partijen daarna niet om een zitting hebben gevraagd, heeft de Raad de zaak niet behandeld op een zitting en het onderzoek gesloten.

OVERWEGINGEN

Samenvatting

In deze zaak gaat het om de vraag of de rechtbank terecht het beroep van appellante nietontvankelijk heeft verklaard. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep te laat is ingediend zonder dat daarvoor een geldige reden bestaat. Volgens de rechtbank was er geen aanleiding voor het college om ervan uit te gaan dat het doorgegeven correspondentieadres niet meer in gebruik was. Appellante meent dat het college het bestreden besluit naast het postbusadres ook naar het kantooradres van haar voormalige gemachtigde had moeten sturen. De Raad komt tot het oordeel dat de rechtbank terecht het beroep van appellante niet-ontvankelijk heeft verklaard.

Inleiding

Het oordeel van de Raad

Conclusie en gevolgen

BESLISSING