Centrale Raad van Beroep, 12-09-2023, ECLI:NL:CRVB:2023:1733, 22/2202 PW
Centrale Raad van Beroep, 12-09-2023, ECLI:NL:CRVB:2023:1733, 22/2202 PW
Gegevens
- Instantie
- Centrale Raad van Beroep
- Datum uitspraak
- 12 september 2023
- Datum publicatie
- 20 september 2023
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:CRVB:2023:1733
- Zaaknummer
- 22/2202 PW
Inhoudsindicatie
Afwijzing aanvragen om bijstand. Gezamenlijke huishouding met tante. Geen recht als alleenstaande. Geen strijd met fundamentele rechten en rechtsbeginselen. Gelet op verklaringen van appellante, heeft de rechtbank terecht vastgesteld dat appellante en haar tante een gezamenlijke huishouding voerden als bedoeld in artikel 3, derde lid, PW. Dat appellante in een onmachtige situatie verkeerde en zij noodgedwongen bij haar tante inwoonde, leidt niet tot een ander oordeel. De vraag of iemand een gezamenlijke huishouding voert moet namelijk worden beantwoord aan de hand van de objectieve criteria ‘gezamenlijk hoofdverblijf’ en ‘wederzijdse zorg’. Voor de vraag of een gezamenlijke huishouding wordt gevoerd zijn de aard van de relatie en de redenen waarom twee mensen gezamenlijk hoofverblijf hebben en elkaar wederzijdse zorg verlenen dus niet van belang. Het beroep op de artikelen 8 en 14 EVRM, artikel 1 EP en het evenredigheidsbeginsel slaagt niet.
Uitspraak
22/2202 PW
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 2 juni 2022, 21/5323 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellante] te [woonplaats] (appellante)
het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam (college)
Datum uitspraak: 12 september 2023
PROCESVERLOOP
Met besluiten van 25 januari 2021 en 16 april 2021 heeft het college de aanvragen van appellante om bijstand op grond van de Participatiewet (PW) afgewezen. Appellante heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar het college is met een besluit van 21 september 2021 (bestreden besluit) bij de afwijzingen gebleven.
Appellante heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. De rechtbank heeft in de aangevallen uitspraak het beroep ongegrond verklaard.
Namens appellante heeft mr. D. Matadien, advocaat, hoger beroep ingesteld.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
De Raad heeft de zaak behandeld op een zitting van 1 augustus 2023. Voor appellante is mr. Matadien verschenen. Het college heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. M. Mulders.
OVERWEGINGEN
Samenvatting
Deze zaak gaat over de afwijzing van twee aanvragen om bijstand. Het college heeft de aanvragen afgewezen op de grond dat appellante met haar tante een gezamenlijke huishouding voerde en appellante dus niet zelfstandig recht op bijstand had. De Raad is het, net als de rechtbank, eens met het college.