Centrale Raad van Beroep, 26-09-2023, ECLI:NL:CRVB:2023:1906, 22/1320 PW
Centrale Raad van Beroep, 26-09-2023, ECLI:NL:CRVB:2023:1906, 22/1320 PW
Gegevens
- Instantie
- Centrale Raad van Beroep
- Datum uitspraak
- 26 september 2023
- Datum publicatie
- 24 oktober 2023
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:CRVB:2023:1906
- Zaaknummer
- 22/1320 PW
Inhoudsindicatie
Buitenbehandelingstelling aanvraag bijzondere bijstand. Beroep op evenredigheidsbeginsel slaagt niet. Niet in geschil is dat het college bevoegd was de aanvraag buiten behandeling te stellen. Volgens appellant mocht het college niet van deze bevoegdheid gebruik maken. Hij heeft daartoe een beroep gedaan op het evenredigheidsbeginsel. Dit beroep slaagt niet. Appellant heeft de gevraagde gegevens ook niet in bezwaar verstrekt. Zoals de rechtbank terecht heeft overwogen lag het op de weg van appellant om bij zijn telefonisch verzoek om een derde hersteltermijn te onderbouwen waarom hij meer tijd nodig had. Dit heeft appellant toen niet gedaan. Hierdoor wist het college niet waarom appellant verder uitstel vroeg en waarom volgens hem de twee geboden hersteltermijnen, waardoor appellant uiteindelijk vier weken had om de gegevens in te leveren, in totaal te kort waren om de gevraagde gegevens te kunnen verstrekken. Onder deze omstandigheden heeft het college het belang van voortgang in de procedure zwaarder mogen laten wegen dan het belang van appellant bij een derde hersteltermijn.
Uitspraak
22/1320 PW
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 22 maart 2022, 20/6095 (aangevallen uitspraak) en uitspraak op het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] (appellant)
het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam (college)
Datum uitspraak: 26 september 2023
PROCESVERLOOP
Met een besluit van 28 april 2020 heeft het college een aanvraag om bijzondere bijstand van appellant buiten behandeling gesteld. Appellant heeft daartegen bezwaar gemaakt, maar het college is met een besluit van 12 oktober 2020 (bestreden besluit) bij de buitenbehandelingstelling gebleven.
Appellant heeft tegen dat besluit beroep ingesteld. De rechtbank heeft in de aangevallen uitspraak het beroep ongegrond verklaard.
Namens appellant heeft mr. B.C.F. Kramer, advocaat, hoger beroep ingesteld en een verzoek om schadevergoeding gedaan. Het college heeft een verweerschrift ingediend.
Appellant heeft een nader stuk ingediend.
De Raad heeft de zaak ter behandeling aan de orde gesteld op een zitting van 4 juli 2023, waar beide partijen niet zijn verschenen.
OVERWEGINGEN
Samenvatting
Het gaat er in deze zaak om of het college de aanvraag om bijzondere bijstand buiten behandeling heeft mogen stellen. De Raad oordeelt dat het college dit heeft mogen doen.