Home

Centrale Raad van Beroep, 13-02-2025, ECLI:NL:CRVB:2025:311, 23/3463 ZVW

Centrale Raad van Beroep, 13-02-2025, ECLI:NL:CRVB:2025:311, 23/3463 ZVW

Gegevens

Instantie
Centrale Raad van Beroep
Datum uitspraak
13 februari 2025
Datum publicatie
7 maart 2025
ECLI
ECLI:NL:CRVB:2025:311
Zaaknummer
23/3463 ZVW

Inhoudsindicatie

Afwijzing verzoek om een eenmalige uitkering op de grond dat een eenmalige uitkering niet mogelijk is bij een budget op grond van de Zvw. De Rechtbank heeft het besluit op bezwaar ten onrechte vernietigd en de Svb ten onrechte opgedragen een nieuw besluit op bezwaar te nemen. Het Uwv heeft het bezwaar terecht niet ontvankelijk verklaard, zij het op onjuiste gronden. De vraag of betrokkene al dan niet belanghebbende is, komt pas aan de orde na de vaststelling dat er sprake is van een besluit als bedoeld in artikel 1:3 van de Awb. Nu dat niet het geval is, stond tegen de brief van 26 april 2023 geen bezwaar en beroep open en had het bezwaar om die reden niet-ontvankelijk moeten worden verklaard.

Uitspraak

23/3463 ZVW

Datum uitspraak: 13 februari 2025

Centrale Raad van Beroep

Meervoudige kamer

Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland van

16 november 2023, 23/3627 (aangevallen uitspraak)

Partijen:

de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb)

[betrokkene] te [woonplaats] (betrokkene)

SAMENVATTING

Deze zaak gaat over een eenmalige uitkering op grond van de Zorgverzekeringswet. De Svb heeft het bezwaar van betrokkene niet-ontvankelijk verklaard, omdat zij geen belanghebbende is. De rechtbank heeft het beroep van betrokkene gegrond verklaard en de Svb opgedragen een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen. De Raad stelt in hoger beroep de Svb in het gelijk en verklaart het beroep van betrokkene alsnog ongegrond. De Svb heeft het bezwaar van betrokkene terecht niet-ontvankelijk verklaard, zij het op onjuiste gronden. De brief waar betrokkene bezwaar tegen heeft gemaakt is namelijk geen besluit in de zin van de Awb.

PROCESVERLOOP

De Svb heeft hoger beroep ingesteld. Betrokkene heeft een verweerschrift ingediend.

De Raad heeft de zaak behandeld op een zitting van 5 december 2024. De Svb heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. C.A. van der Vlist en mr. S.K.S.R. Gena. Betrokkene is verschenen.

OVERWEGINGEN

Inleiding

1. Bij de beoordeling van het hoger beroep zijn de volgende feiten en omstandigheden van belang.

1.1.

Aan de vader van betrokkene (budgethouder) is een persoonsgebonden budget (pgb) verleend, naar de Raad aanneemt op grond van de Zorgverzekeringswet (Zvw). De budgethouder heeft na het overlijden van zijn zorgverlener (de moeder van betrokkene) de Svb om een eenmalige uitkering verzocht. Met een brief van 26 april 2023 heeft de Svb dit verzoek afgewezen, omdat een eenmalige uitkering niet mogelijk is bij een budget op grond van de Zvw.

1.2.

Betrokkene heeft voor zichzelf bezwaar gemaakt tegen de brief van 26 april 2023. De Svb heeft met een beslissing op bezwaar van 8 juni 2023 (bestreden besluit) besloten het bezwaarschrift van betrokkene niet inhoudelijk te behandelen. De reden hiervoor is dat betrokkene (opvolgend) zorgverlener van de budgethouder is en daarom niet kan worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van artikel 1:2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

Uitspraak van de rechtbank

2. De rechtbank heeft het beroep tegen het bestreden besluit gegrond verklaard, dat besluit vernietigd en de Svb opgedragen een nieuw besluit op bezwaar te nemen. De rechtbank is van oordeel dat betrokkene wél als belanghebbende bij het besluit van 26 april 2023 moet worden aangemerkt.

Het standpunt van de Svb

3.1.

De Svb is het met de uitspraak van de rechtbank niet eens en heeft in hoger beroep – in essentie – naar voren gebracht dat zij vernietiging van de aangevallen uitspraak wenst, omdat zij niet weet waaruit een dergelijke, nieuw te nemen, beslissing op bezwaar zou moeten bestaan, nu betrokkene geen rechtssubject is bij de uitvoering van de onderhavige regeling.

Het standpunt van betrokkene

3.2.

Betrokkene heeft verweer gevoerd.

Het oordeel van de Raad

BESLISSING

Bijlage: voor deze uitspraak belangrijke wettelijke regels