Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 07-06-2016, ECLI:NL:GHARL:2016:4937, 14/00632
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 07-06-2016, ECLI:NL:GHARL:2016:4937, 14/00632
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 7 juni 2016
- Datum publicatie
- 24 juni 2016
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2016:4937
- Zaaknummer
- 14/00632
Inhoudsindicatie
Bpm. Invoer schade-auto uit andere EU-lidstaat. Bewijslastverdeling. Regeling essentiële gebreken. Taxatiemethodiek. Bepaling handelsinkoopwaarde referentievoertuig. Vaststelling schade. Invloed op waarde. Leeftijdskorting. Proceskosten. Bijzondere omstandigheden.
Uitspraak
Afdeling belastingrecht
Locatie Arnhem
Nummer 14/00632
uitspraakdatum: 7 juni 2016
Uitspraak van de vierde meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[X] (h.o.d.n. Autoschadebedrijf [Y] ) te [Z] (hierna: belanghebbende)
en het incidentele hoger beroep van
de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Emmen (hierna: de Inspecteur)
tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 8 juli 2014, nummer AWB 13/7306, in het geding tussen belanghebbende en de Inspecteur
1 Ontstaan en loop van het geding
Aan belanghebbende is een naheffingsaanslag in de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (hierna: Bpm) opgelegd ten bedrage van € 2.931.
Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de Inspecteur bij uitspraak op bezwaar de naheffingsaanslag gehandhaafd.
Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de uitspraak van de Inspecteur vernietigd en de naheffingsaanslag verminderd tot een bedrag van € 2.139.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend. De Inspecteur heeft in zijn verweerschrift incidenteel hoger beroep ingesteld. Belanghebbende heeft het incidentele hoger beroep van de Inspecteur beantwoord.
Tot de stukken van het geding behoren, naast de hiervoor vermelde stukken, het van de Rechtbank ontvangen dossier dat op deze zaak betrekking heeft alsmede alle stukken die nadien, al dan niet met bijlagen, door partijen in hoger beroep zijn overgelegd.
Het onderzoek ter zitting in hoger beroep heeft plaatsgevonden op 28 januari 2016 te Arnhem. Daarbij zijn verschenen en gehoord: mr. [A] als de gemachtigde van belanghebbende, bijgestaan door [B] , alsmede mr. [C] en mr. [D] namens de Inspecteur.
Partijen hebben een pleitnota overgelegd.
Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat aan deze uitspraak is gehecht.
2 De vaststaande feiten
Belanghebbende handelt in gebruikte auto’s. Hij exploiteert een garagebedrijf en een autoschadebedrijf. De gebruikte auto’s worden door belanghebbende op zowel de binnenlandse als de buitenlandse markt ingekocht. De door belanghebbende ingekochte auto’s betreffen in de regel auto’s met schade.
Belanghebbende heeft op 30 januari 2012 in Duitsland van een handelaar een personenauto gekocht van het merk Volkswagen, type Tiguan 2.0 TDI Sport&Style 4Motion (hierna: de auto) voor een bedrag van € 22.100,84 exclusief omzetbelasting.
De datum van de eerste toelating van de auto is 1 juli 2011.
Belanghebbende heeft ter zake van de auto op 8 februari 2012 aangifte voor de Bpm gedaan. Overeenkomstig deze aangifte heeft hij een bedrag van € 3.981 aan Bpm voldaan. De auto is goedgekeurd door de RDW.
Bij de aangifte is een taxatierapport van 2 februari 2012, opgemaakt door [E] , werkzaam voor [F] b.v. (hierna: de taxateur van belanghebbende), overgelegd.
In het taxatierapport is een handelsinkoopwaarde vermeld van € 17.231, gebaseerd op een koerslijstwaarde van € 29.935 verminderd met een zogenoemde schadecalculatie ten bedrage van € 12.704. De auto had ten tijde van de aangifte een leeftijd van 7 maanden, een kilometerstand van 6.482 en verkeerde volgens het bij de aangifte overgelegde taxatierapport in een redelijke staat.
Beide partijen gaan ervan uit dat de historische nieuwprijs van de te hanteren referentieauto € 51.460 en de historische bruto Bpm € 11.884 bedraagt.
De schade aan de auto is hersteld. De auto is op 30 januari 2013 in het Nederlandse kentekenregister geregistreerd.
In opdracht van de Inspecteur heeft [G] van [H] b.v. (hierna: de hertaxateur) de auto getaxeerd. In een daartoe opgemaakt rapport van 29 februari 2012 (hierna: het hertaxatierapport) is, voor zover hier van belang, vermeld dat de geconstateerde schade aan de auto inclusief omzetbelasting circa € 8.000 bedraagt. De hertaxateur heeft de handelsinkoopwaarde van de auto, zonder schade, vastgesteld op € 38.250. Vervolgens heeft de hertaxateur van de hiervoor genoemde schade € 5.250 in aanmerking genomen, zodat de handelsinkoopwaarde in beschadigde staat door hem is vastgesteld op € 33.000.
Bij het vaststellen van de onderhavige naheffingsaanslag Bpm ten bedrage van € 2.931, is de Inspecteur uitgegaan van een handelsinkoopwaarde van de auto van € 29.935 en een afschrijvingspercentage van 41,83.
In bezwaar is de naheffingsaanslag gehandhaafd.
De Rechtbank heeft het hiertegen ingestelde beroep van belanghebbende gegrond verklaard en de naheffingsaanslag verminderd tot € 2.139.
3 Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
In hoger beroep is tussen partijen in geschil of de naheffingsaanslag terecht aan belanghebbende is opgelegd. Belanghebbende beantwoordt die vraag ontkennend en de Inspecteur bevestigend. Voor de specifieke geschilpunten wordt verwezen naar onderdeel 4 van deze uitspraak.
Beide partijen hebben voor hun standpunten aangevoerd wat is vermeld in de van hen afkomstige stukken. Daaraan hebben zij ter zitting toegevoegd hetgeen is vermeld in het proces-verbaal van de zitting.
Belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, tot vernietiging van de uitspraak op bezwaar en tot vernietiging danwel vermindering van de naheffingsaanslag. De Inspecteur concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank en tot bevestiging van de uitspraak op bezwaar.