Hoge Raad, 08-12-2017, ECLI:NL:HR:2017:3088, 17/02541
Hoge Raad, 08-12-2017, ECLI:NL:HR:2017:3088, 17/02541
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 8 december 2017
- Datum publicatie
- 8 december 2017
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2017:3088
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHDHA:2017:1343
- Zaaknummer
- 17/02541
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Uitspraak
8 december 2017
Nr. 17/02541
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 10 mei 2017, nr. BK-16/00340, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Den Haag (nr. SGR 16/962) betreffende de beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken en de aanslag in de onroerendezaakbelastingen voor het jaar 2015 betreffende de onroerende zaak [a-straat 1] te [Z].
1 Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiderdorp heeft een verweerschrift ingediend. Nu dit geschrift bij de Hoge Raad na afloop van de daartoe gestelde termijn is ingediend, slaat de Hoge Raad op dit stuk geen acht.
2 Beoordeling van de klachten
De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.