Raad van State, 07-11-2012, BY2499, 201105805/1/A4
Raad van State, 07-11-2012, BY2499, 201105805/1/A4
Gegevens
- Instantie
- Raad van State
- Datum uitspraak
- 7 november 2012
- Datum publicatie
- 7 november 2012
- Annotator
- ECLI
- ECLI:NL:RVS:2012:BY2499
- Zaaknummer
- 201105805/1/A4
Inhoudsindicatie
Bij besluit van 5 april 2011 heeft het college aan [vergunninghoudster] een revisievergunning als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer verleend voor een fruitteeltbedrijf annex pluimveehouderij op het perceel [locatie] te 't Goy.
Uitspraak
201105805/1/A4.
Datum uitspraak: 7 november 2012
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak in het geding tussen:
[appellant A] en [appellante B], wonend te 't Goy, gemeente Houten,
appellanten,
en
het college van burgemeester en wethouders van Houten,
verweerder.
Procesverloop
Bij besluit van 5 april 2011 heeft het college aan [vergunninghoudster] een revisievergunning als bedoeld in artikel 8.4, eerste lid, van de Wet milieubeheer verleend voor een fruitteeltbedrijf annex pluimveehouderij op het perceel [locatie] te 't Goy.
Tegen dit besluit hebben [appellanten] beroep ingesteld.
Het college heeft een verweerschrift ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 5 oktober 2012, waar Huiden en het college, vertegenwoordigd door B. Nauta, werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen. Voorts is ter zitting [vergunninghoudster], vertegenwoordigd door mr. P. Bodden, advocaat te Nijmegen, gehoord.
Overwegingen
1. [appellanten] hebben in hun beroepschrift volstaan met een verwijzing naar de zienswijzen die zij over het ontwerpbesluit naar voren hebben gebracht. Het college heeft in het bestreden besluit zijn reactie op die zienswijzen gegeven. [appellanten] hebben in het beroepschrift geen redenen aangevoerd waarom die reactie onjuist is. Ter zitting hebben [appellanten] weliswaar hun standpunt over de verkeersbewegingen en de uitstoot van zwevende deeltjes nader toegelicht, maar met die toelichting hebben zij niet aannemelijk gemaakt dat de beoordeling van het college van deze milieuaspecten ondeugdelijk is.
2. Het beroep is ongegrond.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Beslissing
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het beroep ongegrond.
Aldus vastgesteld door mr. J.H. van Kreveld, lid van de enkelvoudige kamer, in tegenwoordigheid van mr. F.B. van der Maesen de Sombreff, ambtenaar van staat.
w.g. Van Kreveld w.g. Van der Maesen de Sombreff
lid van de enkelvoudige kamer ambtenaar van staat
Uitgesproken in het openbaar op 7 november 2012
190-693.